WEG
IS WEG………OF TOCH NIET?
We zijn een keurig volkje. Altijd de rommel die overblijft netjes opruimen. Geen schillen of patatzakken op het terrein. Gewoon verwijderen die rommel. Doe je thuis toch ook?
Jaja, zo zijn we. Zeker weten? Nou, daar valt nog wel wat over te zeggen. Niet over de snippers en de schillen. Neen, we praten hier over grotere zaken. En niet zo’n klein beetje groter. Vandaag de dag zouden we het schaamrood op de kaken krijgen. Waar hebben we het over?
In
mei 1940 wordt ons land ernstig bedreigd met oorlogsgeweld.
Op
een stuk grond van Te Werve – verhuurd aan Piet Kruyf - komt afweergeschut te
staan. Vliegveld Ypenburg wordt bedreigd dus dat moet worden verdedigd. De
luchtdoelbatterij wordt royaal voorzien van granaten. Maar Nederland wordt
binnen de kortste keren bezet en het leger capituleert, heel begrijpelijk.
Vanuit de legerleiding komt het bevel de wapens onklaar te maken. Dat gebeurt met mokers. De kisten met munitie worden op wagens geladen en in het Meer gedumpt.
Shell
had destijds op Te Werve nog flinke stapels documenten en tekeningen die ze te
laat in veiligheid hadden gebracht: ze hadden de boot naar Engeland gemist.
Geen nood: bij elkaar binden, inpakken in postzakken en het zaakje in het Meer
laten afzinken. Dat gebeurde op 14 en 15 mei 1940. Maar ja, papier is lichter
dan water, dus hier en daar kwam een pakket vrolijk bovendrijven. Om de pakken
te verzwaren werden er nog wat overgebleven granaten bijgestopt. En hup: alsnog
het Meer in!
Dan
zijn we er nog niet: Abel Labouchere was een chique en zeker niet onvermogende
man. Toen zijn dochter Cornélie Jacqueline in 1914 in het huwelijk trad werd
zij heel deftig vanaf het Landhuis van Te Werve naar de Oude Kerk in Oud
Rijswijk gereden in de prachtige eigen auto van haar vader: een DelaHaye model
440. Maar ja, zo’n auto blijft niet
altijd meegaan. Toen in 1916 een deel van de gracht rondom het Landhuis werd
gedempt, werden eerst grote delen van de landaulette erin geduwd. Zand erover, klaar
is Kees.
Zou het echt zo zijn? Kun je zulke dingen gewoon afdanken door ze in het Meer of in de slotgracht te gooien? “Wat je niet ziet dat is er niet”?
Nee
dus. De aap komt altijd uit de mouw.
Laten
we het rijtje nog eens langslopen. De nazi’s waren nog maar nauwelijks
gearriveerd of ze zagen toch wat glinsteren in het heldere water van het Meer.
Geen vergissing mogelijk: munitie. Een duiker trok een stevig duikpak aan en nam een leiding met zuurstof mee. Heel voorzichtig deed ie de munitie in zandzakjes en nam het mee naar boven. Maar…. hij zag onder water ook postzakken! Ook die werden bovengehaald. De inhoud werd – we spreken over mei 1940 – in het zonnetje te drogen gelegd. Nou goed, dat was in ieder geval het Meer uit.
Maar niet alles werd verwijderd! Tuinlieden en jongens wisten dat er méér lag. Die jongens, die veel in het Meer zwommen, doken granaten op, haalden de koppen eraf en rolden met de kardoezen over de betonnen rand van het zwembad. Gaf een lekker geluidje, alsof het gillende keukenmeiden waren. Je moet er toch niet aan denken!
Daarmee
hield het nog niet op. Op 26 november 1949 “ontdekte een der tuinlieden dat er
in het Te Werve-meer talloze granaten van diverse kalibers lagen”. 1 Drie dagen later was er een ploeg
soldaten om het gevaarlijke spul uit het water te halen en definitief op te
ruimen. Twee maanden later berichtte het blad Olie dat het ging om “ongeveer
250 granaten, waaronder mortier- en vliegtuiggranaten, vele geweer- en karabijnpatronen,
dozen met slaghoedjes, handgranaten en zelfs een normaalfilm in een cassette,
die uit het meer van Te Werve werden opgevist tot eind december 1949.
Want
de Hulpverleningsdienst van het Departement van Binnenlandse Zaken heeft haar
werk grondig aangepakt”.
Gelukkig bleven we er wel nuchter onder: “de Rijswijkse mosselen, waarmede de granaten grotendeels waren bedekt, worden thans bij opbod verkocht”. Andere tijden, zullen we maar zeggen.
(Samengestelde) Foto uit bijlage Olie, februari 1950. Fotograaf onbekend.
Maar
nog was het werk niet klaar: “In 1983 is er opnieuw naar wapentuig gezocht in
het Meer van Te Werve. Een duikploeg van de marine heeft toen in de directe
omgeving van de zwemplaats naar wapens gezocht en nog vele granaten boven water
gehaald.
Er
is dus een aantal keren in het meer gezocht naar wapentuig. Vooral veel
granaten werden boven water gehaald, men verbaasde zich er wel over dat de
koperen hulzen ontbraken. Jaren later is bekend geworden dat de koperen hulzen
al in de eerste jaren na de oorlog zijn opgevist. Een aantal jongelui had
ontdekt dat er veel granaten in het meer lagen, die meestal rechtop stonden. Er
werd een lange pijp gemaakt met een grijparm waarmee de granaten uit het meer
werden getild. De koppen van de granaten werden eraf gehaald en in het diepste
deel van het meer teruggegooid. Deze zijn bij het latere zoeken naar wapens
teruggevonden en uit het meer gehaald” 2
Sindsdien zijn er gaan meldingen meer geweest. We gaan ervan uit dat het Meer nu vrij is van dit soort tuig.
Foto onderdelen Delahaye.
En de Delahaye? Ook dat verhaal heeft een staartje. Toen Shell het terrein verliet zijn de sportaccommodaties verwijderd en is het terrein in oude staat teruggebracht. De slotgracht is weer gedeeltelijk open gegraven. En wat kwam er tevoorschijn: koplampen, een uitlaatdemper en meer onderdelen van de Delahaye! Nou, die hebben een plaatsje gekregen in het Koetshuis. Daar staan ze uitgestald in wat we met een veel te groot woord “Het Museum” noemen.
Opgeruimd staat netjes, laten we het daar maar op houden.
1
Bijlage “Olie” bij blad Shellpersoneel, februari 1950
2 Uit Bart
Tent, Landgoed en vereniging Te Werve in de Tweede Wereldoorlog compleet.
Ongepubliceerd.
MvL
27112023
Geen opmerkingen:
Een reactie posten