maandag 18 september 2023

 

EEN PRIKKELENDE ZAAK…..

Tja, we moeten het er toch een keer over hebben. Het kan onmogelijk altijd maar onbesproken blijven. Verzwegen worden in de hoop dat het allemaal vanzelf voorbijgaat. Alles moet aan de orde kunnen komen, toch? Ook prikkelende problemen.

U heeft het al lang in de gaten. Het gaat natuurlijk over de brandnetel. Misschien wel de meest succesvolle plant van ons Landgoed. Dat gunnen we ‘m niet, maar we zijn niet over alles de baas!

We gaan niet diep in de geschiedenis van de plant kijken; ze prikken gemeen, dat is voorlopig een duidelijk kenmerk. In ons land zijn er twee soorten: de Kleine Brandnetel en de Grote Brandnetel. De Kleine, de Urtica urens L., is een éénjarige soort. Wordt maar een half metertje hoog. Maar vergis u niet: hij kan een paar keer per jaar kiemen, groeien, zaad afzetten en weer opkomen. En hij heeft alles zelf in huis: mannelijke en vrouwelijke bloemen. Zoeken naar een partner hoeft dus niet. Modern gezegd: een zelf-Tinderende plant. “Eénhuizig” heet dat in de plantkunde. Gevolg is dat ze blijven komen, ook al trek je er nog zoveel uit de grond. Dat uittrekken is niet zo’n probleem, want de Kleine heeft een penwortel: een klein stokje in de grond. Met een stevige handschoen heb je ze zó weg. Maar achter je rug om groeien er meteen weer nieuwe. Op alle delen van de plant zitten brandharen, dus tel uit je winst! 

De andere vriend heet heel verrassend, zoals gezegd, de Grote Brandnetel. Deftig gezegd de Urtica dioica, wie kent ‘m niet? Deze is in een aantal opzichten toch heel anders. Hier heb je aparte vrouwelijke en mannelijke planten. En die kunnen héél erg groot worden. Ze hebben beide namelijk een wortelstelsel dat zich in de grond vertakt en alle kanten uitgroeit. Als je hiervan een plant uit de grond trekt merk je dat goed: die ene plant blijkt onderdeel te zijn van een hele grote reeks. Aan alle kanten zitten er familieleden vastgegroeid. Niet alleen wordt de plant groot in de grond, hij of zij steekt ook makkelijk ruim twee meter de lucht in. Stevige dames en heren, die ook nog eens jarenlang blijven bestaan. Zelfs al knip je ze tot de grond toe af. Ook deze brandnetel heeft niet veel moeite met de voortplanting. Weliswaar moeten vrouwtjes en mannetjes naar elkaar op zoek, maar de wind helpt een handje mee: de Utica dioica is een zogenaamde windbestuiver.


FOTO ROB MOSTERT

Het lijkt er sterk op dat we steeds meer brandnetels - kleine of grote - krijgen op Te Werve. Dat hoeft niet te verbazen. Beide soorten zijn gek op fosfaten en nitraten. En ja, daarvan zijn er steeds meer in de lucht en op de grond door menselijk handelen. De auto’s, de industrie en de boeren zorgen voor de stikstofverbindingen (nitraten), wij laten rond bankjes en prullenbakken vaak afval liggen. Lekkere hapjes voor beide Utica’s!

Maar… er zitten ook leuke kanten aan de brandnetel. Grote brandnetels zijn door hun lange vezels geschikt om er neteldoek van te maken. Geen grote industrie meer, maar wel een leuk historisch feit. En de brandnetel blijkt in haar bladeren ook veel vitamine C te bevatten. Dus als u een vitamine-C tekort heeft nodigen we u van harte uit een hapje mee te eten….

Natuurlijk heeft u wel eens gehoord van brandnetelthee: een aftreksel van jonge brandnetelbladeren. Er zijn tal van recepten in omloop. Maar… wij zijn geen diëtisten, apothekers of maagspecialisten. Brandnetel bevat meer soorten vitamines en andere stoffen. De één roemt de geneeskrachtige kanten, de ander waarschuwt voor onaangename gevolgen. Van onze kant dus geen adviezen!

De vlinders. Kleine vos, Dagpauwoog, Gehakkelde aurelia, Atalanta, de Bruine snuituil, het Landkaartje, ze zijn gek op de brandnetel. Nou ja, zegt vlinderdeskundige Kars Veling, de rupsjes. Zodra die uit de eitjes komen beginnen ze te knagen (Rupsje Nooitgenoeg, u kent het wel). Die rupsjes hebben geen last van het prikkelende zuur van de brandnetel: ze zijn daarop gebouwd. Dus knagen ze rustig door tot ze verpoppen en het prachtige vlinders worden.

Na zoveel goed nieuws is het dus de vraag hoe wij het in hemelsnaam aandurven om de brandnetel regelmatig met harde hand aan te pakken. Nou, we zijn met vele vrijwilligers maar we krijgen het hier niet voor elkaar om een grote deuk in het pakje boter te slaan. Anders gezegd, er blijven nog zó ontzettend veel brandnetels over dat er voor de rupsjes en de nestjes van kleine vogels meer dan genoeg overblijft. Want niet de brandnetel is het probleem, het is de overstelpende hoeveelheid brandnetels waardoor andere planten overwoekerd worden. Die gunnen we óók een groeiplek!

Bent u nu heel enthousiast geworden over de brandnetel? Overweeg dan om een keer mee te doen met de World Stinging Nettle Eating Championship in Dorset in Engeland: wie eet de meeste brandnetels? Een paar maanden geleden, op 24 juni  2023 vond er weer zo’n wedstrijd plaats. Beeldverslag te vinden op internet!

mvl140923

 

 

maandag 21 augustus 2023

 

Gereserveerde plaatsen

Te Werve: boerderij? Kasteel? Buitenplaats? Clubhuis? Landhuis? Het is het allemaal, maar in verschillende periodes. De geschreven geschiedenis Te Werve begint eigenlijk op het moment dat Jan Willemszoon Ruychrok van de Werve – zeg maar Jan – het koopt. Het moet destijds niet veel meer dan een half vervallen kasteel zijn geweest. Vanaf 1350 waren er in het westen van het huidige Nederland tal van gewapende ruzies tussen adellijke lieden die elkaar het licht in de ogen niet gunden: de Hoekse en Kabeljauwse twisten. Geen kleine vetes: er werd behoorlijk op los geslagen. De verliezer werd ook nog eens behoorlijk gestraft. Zo is Kasteel Te Blotinghe volledig gesloopt. Na die strafexpeditie “lagen er 706.000 stenen te wachten op een nieuwe bestemming”, zo is te lezen in de ‘Verhalen van Rijswijk’, de Rijswijkse Canon die Lizette de Koning schreef. Ook kasteel Te Werve heeft in die periode flinke schade opgelopen. Jan Ruychrock kocht in 1448 dus een “opknappertje” zoals we dat vandaag de dag zouden noemen.

Waar hij vandaan kwam is niet bekend, maar onze Jan maakte een flinke carrière. Geboren rond 1385 wist ie op te klimmen tot de nieuwe adel. Rond 1440 werd ie hoge ambtenaar bij Philips van Borsele. Daarna secretaris van de Hertog Philip van Bourgondië. Hij klom verder op tot klerk der thesaurie – zeg maar hoofd Financiën - van Jacoba van Beieren, tot Baljuw van Tonge en tot belangrijk adviseur van de genoemde Philips van Bourgondië.  In 1437 was ie inmiddels tot ridder geslagen. Onze ridder Jan was een buitengewoon belangrijk en dus rijk man geworden, die een grote rol speelde in het maatschappelijk leven.

Jan Ruychrock heeft Te Werve flink laten opknappen. Maar ook buiten zijn eigen gebied heeft hij zich niet onbetuigd gelaten. Een eindje verder op de strandwal stond in die tijd al een kerk: in het midden van het dorp Rijswijk. Vermoedelijk al sinds de 11e of 12e eeuw. De oudste gevonden grafstenen dateren van de 12e en 13e eeuw, zo leert de website van de Oude Kerk. Vanaf 1300 zijn zelfs de namen van de pastoors bekend. Pastoors ja, vanzelfsprekend was het in die tijd een katholieke kerk, met Bonifatius als patroonheilige. Aan het gebouw is veel vertimmerd. Rond 1300 werd de toren gebouwd. Het middenschip is van latere datum: dat is rond 1470 sterk veranderd (waardoor de toren in de kerk zelf kwam te staan). En daar komt ook onze Jan Ruychrock (of Ruygrock) het verhaal binnen: hij liet in 1469 de grote kapel tegen de kerk aan bouwen. Een eigen deel van de kerk voor hem en zijn familie. Met vanzelfsprekend een eigen toegang: een zijdeurtje in de kerk.

                                    


De kapel en het deurtje zijn er tot op de dag van vandaag.

Zo had de familie Ruygrock altijd gereserveerde plaatsen. Tussen de kapel en de rest van de kerk was toen een houten opengewerkte scheidingswand, waardoor je direct zicht had op het altaar en de priester. Onder de vloer van de kapel was ruimte voor graven van de familie.

De tussenwand is inmiddels vervangen door een afsluitbare constructie en een toiletruimte; de kapel doet nu dienst als vergaderruimte.   

De kapel was niet de enige ‘blik van buiten op het altaar’. Precies aan de andere kant van het middenschip (bij de Herenstraat) is nog een klein luikje met tralies waardoor lepralijders de mis van buitenaf konden volgen. Van buitenaf is dat nu niet meer te zien, van binnen wel, al zit het achter een deurtje.

Te Werve was op deze manier niet alleen verbonden met de Rijswijkse Oude Kerk: ook in de Sint-Jacobskerk in Den Haag, waar Jan Ruygrock zou zijn begraven, lieten erfgenamen een ‘Kapel van De Werve’ maken. Dat is de reden voor ‘Het Zicht’: het open veld achter het huidige landhuis dat doorliep tot ver in Den Haag en zicht gaf op de Jacobskerk.

Van deze erfdienstbaarheid, dit recht op vrij uitzicht, is in de twintigste eeuw afstand gedaan.

Bronnen:

·         Verhalen van Rijswijk, De Canon. Lizette de Koning, 2007

·         B. Tent, Bewoners van Te Werve en het Roomse Leven in Rijswijk, 2008

·         www.pkrijswijk.nl

·         www.genealogieonline.nl

·         Arie van den Bor, gids Oude Kerk Rijswijk

Mvl20082023

maandag 31 juli 2023

 

FF DE MENUKAART BEKIJKEN…. 

Hoog bezoek op Te Werve: Reynaart de Vos is langs geweest. Prachtig dier. Gesignaleerd op de witte brug door één van de vrijwilligers. Uitgenodigd was ie niet, maar wat ons betreft is dit sierlijke dier altijd welkom.

De vraag wat de vos kwam doen is niet moeilijk te beantwoorden: even kijken op de menukaart om te zien wat er bij ons te halen valt!



We hebben vaker vossen gehad, zelfs wel eens een nest met jongen. Een hele enkele keer zien we sporen van een vos. Verbazingwekkend is dat niet. Vossen vind je in bijna heel Nederland. Oók in woonwijken; het is zelfs niet uitgesloten dat ie ’s nachts door uw straat loopt. In Londen is het dier een vaak geziene bewoner, net als in Brussel. Ook Den Haag staat op zijn lijstje van interessante steden. Dus waarom Rijswijk niet met z’n vele groen en buitenplaatsen.

Reynaart kan zich heel goed aanpassen aan de omstandigheden. 

En… op Te Werve is genoeg te vinden voor een likkebaardende vos: volop muizen, een egeltje, kevertje hier en daar, met bessen en bramen als toetje. Een enkel ganzenei of ganzenkuiken als driesterrengerecht. Jammer dat ie niet van mollen houdt, daar zouden we er wel wat minder van willen hebben. Oh ja zeker, kippen en hanen zijn voor een vos niet te versmaden. Dat verklaart hoogstwaarschijnlijk de plotselinge verdwijning van een prachtige haan en enkele kipjes van ons terrein zo’n twee jaar geleden.

Maar ja, een vos moet ook heel wat eten om op de been te blijven: een pond per dag! Terwijl ie zelf ergens tussen de vijf en de tien kilo weegt. Zie dat maar eens bijeen te rapen.

Is er een kans om de vos tegen te komen als je aan het wandelen bent? Nou, die kans is heel erg klein. Als je tegen de schemering nog op het terrein bent, of héél erg vroeg in de ochtend al rondloopt is die kans iets groter. Maar het blijft een lot in de Staatsloterij.

De vos jaagt het liefste overdag, in een gebied waar ie niet gestoord wordt. Maar kom daar in Rijswijk maar eens om. Aan de andere kant: de vos is inventief, past zich makkelijk aan, eet van alles en verstopt zich heel gemakkelijk onder een struik of in een bosje. En, misschien nog wel belangrijker: hij kan heel erg hard rennen. Normaliter sukkelt ie rond op een drafje met gemiddeld tien kilometer per uur (sneller dan een wandelaar, trager dan een fietser). Maar als het moet overschrijdt ie met gemak de snelheidsgrens van 50 kilometer per uur!

En…. hij is altijd schichtig. Bang voor de mens. Als hij of zij u ziet, gaat ie er meteen vandoor. Dat ligt niet aan u, maar aan het karakter van de vos. Kortom, geen enkele reden voor ongerustheid of angst.

En die hondsdolheid? Dat was heel vroeger wel eens een probleem. Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, www.rivm.nl) meldt nu dat er wereldwijd elk jaar zo'n 50.000 mensen aan de ziekte overlijden. Maar in Nederland komt de ziekte zelden voor: “De afgelopen 40 jaar zijn er in Nederland 5 mensen overleden door hondsdolheid. Al deze patiënten raakten besmet in het buitenland”. En je kunt alleen besmet worden doordat je wordt gebeten of gekrabd. Of als een vos je likt. Niet door hun bloed, urine of ontlasting. Nou, zeg nou zelf. Daar begin je toch niet aan?

Nee, wie een vos wil zien of over een vos wil lezen kan het beste een sprookjesboek pakken. Die zijn er méér dan genoeg!  Want de vulpes vulpes fascineert ons mensen al eeuwenlang mateloos. Al sinds de Oudheid speelt ie een hoofdrol in de verhalen: slim, vrolijk, snel en met een heel knap koppie.

Mvl23072023

maandag 12 juni 2023

 

WOORDEN SCHIETEN TE KORT….

 

Soms is het goed om dingen met woorden te beschrijven, een toelichting te geven, de feiten naast elkaar te zetten. Wat ging eraan vooraf, waar gaat het naar toe? Hoe komt het en waarom?

Maar dat is allemaal onnodig als het om de orchidee gaat. Uitzonderlijke bloem, duizenden soorten op de wereld, miljoenen bewonderaars.  

Op dit moment staat Te Werve er vol mee. Geniet van de werkelijk sublieme foto’s die onze topfotograaf Rob Mostert maakte van de gevlekte orchis en de bijenorchis.

Groeten van Te Werve

Groeten van Te Werve

Groeten van Te Werve

 


Groeten van Te Werve

                                         

Groeten van Te Werve


Groeten van Te Werve

 


         Groeten van Te Werve

 

woensdag 24 mei 2023

 

DE BITTERBALLEN VAN TE WERVE

Journalisten en scholieren hebben het maar makkelijk vandaag de dag: ze laten hun stukkies gewoon schrijven door CHAT-GTP. Met kunstmatige intelligentie. Daar kan geen menselijke schrijver nog tegenop. Of ligt het toch een beetje anders …….?

We nemen de proef op de som en laten deze blog schrijven door CHAT-GTP. Oordeel zelf!

De vragen - vetgedrukt en onderstreept - zijn door ons gesteld. “Niet al te moeilijk”, dachten we nog. De antwoorden zijn letterlijk van CHAT-GTP.

Wat is er mooi aan Te Werve Rijswijk?

Te Werve in Rijswijk heeft veel mooie eigenschappen. Het landgoed is bijvoorbeeld prachtig gelegen in een groene omgeving, wat zorgt voor een rustige en serene sfeer. De historische gebouwen op het landgoed hebben ook veel karakter en charme, en zijn goed onderhouden. Daarnaast biedt Te Werve verschillende mogelijkheden voor evenementen, zoals bruiloften, bedrijfsfeesten en andere bijeenkomsten. De combinatie van natuur, geschiedenis en mogelijkheden maken Te Werve tot een unieke en mooie locatie in Rijswijk.

Wat is er te doen?

Op Te Werve in Rijswijk zijn er verschillende activiteiten te doen. Zo kun je er heerlijk wandelen en genieten van de prachtige natuur. Ook kun je er verschillende sportieve activiteiten doen, zoals fietsen, hardlopen of yoga beoefenen in de groene omgeving.

Daarnaast is Te Werve een populaire locatie voor evenementen, zoals bruiloften, bedrijfsfeesten en andere bijeenkomsten. Het landgoed biedt verschillende mogelijkheden voor feesten en evenementen, zoals een prachtige orangerie, een koetshuis en diverse tuinen en terrassen.

                                        

Hoe zijn de vrijwilligers?

Als AI-assistent heb ik geen persoonlijke ervaring met de vrijwilligers op Te Werve in Rijswijk. Ik kan echter wel vertellen dat vrijwilligers vaak gedreven en betrokken mensen zijn die zich belangeloos inzetten voor een organisatie of doel waar ze achter staan.

Op Te Werve worden vrijwilligers ingezet bij verschillende activiteiten en evenementen, zoals het onderhoud van de tuinen en gebouwen, het begeleiden van gasten bij evenementen, en het ondersteunen van de horeca en keuken tijdens drukke periodes. De vrijwilligers dragen bij aan de gezellige en gastvrije sfeer op Te Werve en leveren zo een waardevolle bijdrage aan de organisatie.

Het lijkt erop dat Te Werve veel waarde hecht aan de inzet van vrijwilligers en dat er een goede samenwerking en waardering is tussen de vrijwilligers en de vaste medewerkers.

Is het er altijd goed weer?

Helaas kan ik niet garanderen dat het altijd goed weer is op Te Werve in Rijswijk, omdat het weer onvoorspelbaar is en kan veranderen. Nederland heeft een gematigd zeeklimaat, wat betekent dat het weer hier vaak veranderlijk is en er het hele jaar door kans is op neerslag.

In de zomermaanden kan het op Te Werve echter wel erg aangenaam zijn om buiten te zijn. Bij mooi weer kun je genieten van de prachtige tuinen en het groene landschap. Ook zijn er verschillende terrassen en zitjes waar je lekker kunt ontspannen en genieten van het zonnetje.

Het kan echter ook voorkomen dat het regent of dat het te koud is om buiten te zijn. Gelukkig biedt Te Werve ook genoeg mogelijkheden om binnen te genieten van de mooie omgeving, zoals in het restaurant of in de historische gebouwen op het landgoed.

Zijn er ook ooievaars op Te Werve?

Ja, het is mogelijk dat er ooievaars te vinden zijn op Te Werve in Rijswijk. Ooievaars zijn in Nederland bekend en komen regelmatig voor in verschillende gebieden, waaronder landgoederen, weilanden en wetlands.

Te Werve is gelegen in een groene omgeving met prachtige tuinen en landschappen, wat aantrekkelijk kan zijn voor ooievaars. Deze vogels zijn vaak te vinden in de buurt van waterrijke gebieden, waar ze voedsel kunnen vinden zoals vis, kikkers, insecten en kleine zoogdieren.

Het is echter belangrijk om te vermelden dat de aanwezigheid van ooievaars op een specifiek moment kan variëren, afhankelijk van migratiepatronen, voedselbeschikbaarheid en andere factoren. Dus terwijl het mogelijk is om ooievaars op Te Werve te zien, is het niet gegarandeerd dat ze altijd aanwezig zullen zijn.

Hoe smaken de bitterballen op Te Werve?

Als AI-assistent kan ik geen persoonlijke smaakervaring hebben. Daarom kan ik geen directe informatie geven over de smaak van de bitterballen op Te Werve in Rijswijk.

De smaak van bitterballen kan echter variëren afhankelijk van de bereidingswijze en de ingrediënten die worden gebruikt. Traditioneel zijn bitterballen een populaire Nederlandse snack gemaakt van een ragout van vlees, meestal rundvlees, die wordt gepaneerd en gefrituurd.

Het beste is om zelf de bitterballen op Te Werve te proeven of reviews te raadplegen van mensen die ervaring hebben met het eten op die locatie. Zo krijg je een beter beeld van hoe de bitterballen smaken op Te Werve.

Nou, dat was CHAT-GTP. Voorzichtig beoordeeld: creatief aan elkaar geknoopte informatie. Sommige dingen kloppen, maar zijn niets zeggend. Andere informatie klopt gewoonweg niet. Ik ga eerst maar even yoga doen en dan een bitterballetje nemen!


Bron: CHAT-GTP mei 2023

Mvl230523

 

 

maandag 8 mei 2023

 

BATAVEN AAN DE BAL

Voetbal op Te Werve. Daar had ridder Jan Ruygrock – eigenaar van Te Werve in het midden van de 15e eeuw - vast en zeker nooit aan gedacht. Maar een balletje kan raar rollen. En zo ontstond deze geschiedenis…..

Voetbal, een arbeiderssport. Nou, dat is maar gedeeltelijk waar. Het klopt dat het voetballen begon bij de fabrieksarbeiders die in hun pauze een beetje wilden ontspannen. Even een balletje trappen. Wie ooit heeft gevoetbald weet hoe dat gaat. Eerst drie tegen drie, zes tegen zes, maar er komt een moment dat je een echte tegenstander wil: de arbeiders van een andere fabriek.

Precies zo ging het bij de medewerkers van de Haagse kantoren van de Bataafsche Petroleum Maatschappij: in de pauze even naar buiten om een balletje te trappen. Maar je wil méér; je zoekt tegenstanders bij andere bedrijven en een veldje om te spelen, waar dan ook. Zelfs in een Haagse duinpan werd gevoetbald. Dan werd er eerst geloot wie “voor en wie na rust tegen de helling op moest spelen”.

Op een gegeven moment leek het de employees toch wel leuker om in vast competitieverband te gaan spelen. Zodoende werd op vrijdagavond 1 september 1916 in het toenmalige Shellkantoor aan de Lange Vijverberg de “Bataafse Voetbalvereniging” opgericht, met in het bestuur de heren C. Sauer, J.W. Faas, J.H. van Millingen en J. Jonker. Bataven aan de bal. Een veld wisten ze ook snel te krijgen, achter “Houtrust” op Scheveningen. Verkleedgelegenheid was er ook: een houten hok waar één elftal net in kon. De tegenstanders moesten er ook nog bij. Wassen? Zeker, in “De Beek”, het watertje op zo’n 50 meter afstand.            


De B.P.M.-ers deden het niet slecht; het eerste seizoen werd er 31 keer gevoetbald: 13 gewonnen, 5 gelijk, 13 verloren. Wie kent ze niet, de helden: Jonker, Faas, Latenstein, Oudshoorn, Botter, Vos, Ravelli, Huguenin.

Maar ja, een drassig veld speelt niet lekker. Jonkheer Loudon en de Gemeente hielpen verhuizen naar een droog terrein op Leimonias op Scheveningen. Met douches, doelpalen met netten en een buffet was dat stukken beter! Er was zelf een “bar-houdster”! Een jaar later al werden de ballen opnieuw ingepakt voor de verhuizing naar een grasveld tegenover het kantoor aan de Carel van Bylandtlaan.

En zo gingen de Bataven de periode 1920-1929 in. Sportieve uitstapjes naar “Stokvis” en “Van Ommeren” in Rotterdam. En een jaarlijkse wedstrijd tussen B.P.M. en een team van Ajax-veteranen. Die wedstrijden werden gespeeld als vóór-wedstrijd van de 1e Klasse ontmoeting Ajax-H.V.V. Met een vrachtauto, gehuurd van “Stokvis” werd het hele gezelschap van spelers en dames naar Groot-Mokum vervoerd. En na de wedstrijd lekker stappen in Amsterdam. 

En toen kwam Te Werve in beeld, aangekocht en ingericht door de Bataafsche als sport- en speelterrein voor het personeel. Met een “juweel van een voetbalveld”.  De Bataafse Voetbalvereniging werd omgedoopt tot H.V.V. Te Werve: Rijswijk als thuisbasis, maar statutair bleef het een Haagse voetbalvereniging.
Het nieuwe, prachtige voetbalveld werd op 23 september 1923 officieel ingewijd met een aantal serie-wedstrijden. Te Werve moest echter in de finale met 3-2 de eer laten aan de v.v. Van Ommeren. Ai, pijnlijk puntje.

Met ingang van het seizoen 1924-1925 ging de club meedoen aan de geregelde competitie van de Haagse Voetbal Bond. Te Werve werd ingedeeld in de 2e Klasse HVB maar het eerste seizoen was nog wel wennen, met matige resultaten.

Te Werve ging op zijn beurt ook weer een keer naar Londen, waar men ditmaal met 3-0 klop kreeg van Lensbury.

Het seizoen 1928-1929 werd onder de leiding van het bestuursduo Jonker en Rogman een succesjaar: kampioen van Afdeling 2 A van de Haagsche Voetbal Bond. Aan het einde van dit seizoen vierde Te Werve haar eerste jubileum (12,5-jarig bestaan) met een grote cabaretavond in de Haagse Dierentuinzaal tegenover het Malieveld. Jan Jonker, de toenmalige voorzitter van Te Werve, schonk de vereniging een clublied.

De jaren 1930 t/m 1939 waren succesvolle jaren voor de club. Er werd – eindelijk – een keer gewonnen van de Engelse Shell-concurrent Lensbury FC. Ook de Belgische Shell-spelers moesten, met 5-1, het onderspit delven tegen Te Werve. De “De Kok”-beker werd in triomf mee naar Nederland gevoerd.

Jubilea en kampioenschappen werden uitgebreid gevierd. Het 15-jarig bestaan weer met een zomertuinfeest met maar liefst 2.000 deelnemers. Een Beierse biertent, overvolle dansvloer, een vrolijke keuken, vuurwerk en een gondelvaart op het meer.  Alsjeblieft, kom daar vandaag de dag eens om!

In juni 1932 werd bij Te Werve voor het eerst een trainer in dienst genomen. Twee jaar later promoveerde de club naar de 1e Klasse van de HVB. Het ging van goed naar beter!

Natuurlijk was het 20-jarig bestaan van de club opnieuw reden voor een gezellig zomertuinfeest.

Vijf jaar later werden de trainingsfaciliteiten verbeterd. Niet alleen ’s zomers, maar voortaan ook ‘s winters werd er getraind, onder het licht van ………oude autolampen.

Vanaf 1939 wierp de oorlog zijn schaduw vooruit. Het ledental liep terug, de nazi’s bezetten een deel van Te Werve, razzia’s en hongerwinter verpestten het sportieve klimaat.

Pas in het seizoen 1945-‘46 kon het spel weer gewoon beginnen. De club groeide snel, er kwamen teams voor jongeren, een echte lichtinstallatie. Kortom: de bal was weer rond en kreeg steeds meer vaart.

Het legendarische voetbalveld is er nog steeds. Nu gekoesterd als prachtig open groen terrein, onderdeel van het fraaie Rijksmonument Landgoed Te Werve. Een balletje kan raar rollen…. 

MvL 08052023

Voor dit artikel is – met toestemming – uitgebreid geput uit de boeiende site www.dehaagsevoetbalhistorie.nl.

De foto is uit 1916, fotograaf onbekend.

 

 

Te Werve 1916 - kopie

maandag 24 april 2023

 

Kom 2e Pinksterdag naar Landgoed Te Werve op de Dag van het Kasteel

Op maandag 29 mei 2023, Tweede Pinksterdag, vindt de Dag van het Kasteel plaats. 20 kastelen, landgoederen en buitenplaatsen in de Zuid-Hollandse Landgoederenzone openen de poorten voor het publiek met een gevarieerd activiteitenprogramma voor jong en oud. Deze landgoederen en buitenplaatsen vormen “Hollands Buiten”, een parelketting van groene, historische locaties tussen Hillegom en het Westland, die het bezoeken meer dan waard zijn.

Activiteit Landgoed Te Werve
Landgoed Te Werve is deze dag (vanaf 10.30-17.00 uur) geopend voor het publiek (normaal alleen voor leden: https://www.vriendenvantewerve.nl/) om heerlijk te wandelen over het prachtige landgoed van 29 hectaren (Van Vredenburchweg 105 Rijswijk). Om 15.00 uur is er voor het Landhuis een gratis roofvogel show.



Neem je familie, vrienden en buurtgenoten mee
Pak je kans om dit erfgoed eens van dichtbij te bekijken en kom samen met je familie, vrienden en buurtgenoten kennismaken met ons interessante en soms verrassende verleden. Zuid-Holland is rijk aan kastelen, landgoederen en buitenplaatsen. Deze bevinden zich nagenoeg allemaal op één lijn tussen het Westland en Hillegom. Buiten deze Landgoederenzone liggen verspreid over de provincie nog een paar landgoederen en buitenplaatsen die meedoen aan de Dag van het Kasteel. Dit jaar kun je in Zuid-Holland maar liefst 22 kastelen, buitenplaatsen en landgoederen bezoeken. 

Erfgoedlijn landgoederenzone
De provincie Zuid-Holland draagt haar kastelen, buitenplaatsen en landgoederen een warm hart toe. Binnen de erfgoedlijn Landgoederenzone wordt jaarlijks aan vele projecten subsidie verstrekt voor behoud, restauratie en beleefbaarheid van dit unieke erfgoed. Ook worden expertise en ervaringen gedeeld om dit erfgoed zo goed mogelijk voor nu en voor toekomstige generaties te behouden.

Deze landgoederenzone, ook Hollands Buiten genoemd, ligt grotendeels in ons Nationaal Park Hollandse Duinen. Het gebied doet al eeuwen dienst als de groene longen van de overvolle randstad. Een mooi gebied om te recreëren, te wonen en kleinschalig te ondernemen.