maandag 18 september 2023

 

EEN PRIKKELENDE ZAAK…..

Tja, we moeten het er toch een keer over hebben. Het kan onmogelijk altijd maar onbesproken blijven. Verzwegen worden in de hoop dat het allemaal vanzelf voorbijgaat. Alles moet aan de orde kunnen komen, toch? Ook prikkelende problemen.

U heeft het al lang in de gaten. Het gaat natuurlijk over de brandnetel. Misschien wel de meest succesvolle plant van ons Landgoed. Dat gunnen we ‘m niet, maar we zijn niet over alles de baas!

We gaan niet diep in de geschiedenis van de plant kijken; ze prikken gemeen, dat is voorlopig een duidelijk kenmerk. In ons land zijn er twee soorten: de Kleine Brandnetel en de Grote Brandnetel. De Kleine, de Urtica urens L., is een éénjarige soort. Wordt maar een half metertje hoog. Maar vergis u niet: hij kan een paar keer per jaar kiemen, groeien, zaad afzetten en weer opkomen. En hij heeft alles zelf in huis: mannelijke en vrouwelijke bloemen. Zoeken naar een partner hoeft dus niet. Modern gezegd: een zelf-Tinderende plant. “Eénhuizig” heet dat in de plantkunde. Gevolg is dat ze blijven komen, ook al trek je er nog zoveel uit de grond. Dat uittrekken is niet zo’n probleem, want de Kleine heeft een penwortel: een klein stokje in de grond. Met een stevige handschoen heb je ze zó weg. Maar achter je rug om groeien er meteen weer nieuwe. Op alle delen van de plant zitten brandharen, dus tel uit je winst! 

De andere vriend heet heel verrassend, zoals gezegd, de Grote Brandnetel. Deftig gezegd de Urtica dioica, wie kent ‘m niet? Deze is in een aantal opzichten toch heel anders. Hier heb je aparte vrouwelijke en mannelijke planten. En die kunnen héél erg groot worden. Ze hebben beide namelijk een wortelstelsel dat zich in de grond vertakt en alle kanten uitgroeit. Als je hiervan een plant uit de grond trekt merk je dat goed: die ene plant blijkt onderdeel te zijn van een hele grote reeks. Aan alle kanten zitten er familieleden vastgegroeid. Niet alleen wordt de plant groot in de grond, hij of zij steekt ook makkelijk ruim twee meter de lucht in. Stevige dames en heren, die ook nog eens jarenlang blijven bestaan. Zelfs al knip je ze tot de grond toe af. Ook deze brandnetel heeft niet veel moeite met de voortplanting. Weliswaar moeten vrouwtjes en mannetjes naar elkaar op zoek, maar de wind helpt een handje mee: de Utica dioica is een zogenaamde windbestuiver.


FOTO ROB MOSTERT

Het lijkt er sterk op dat we steeds meer brandnetels - kleine of grote - krijgen op Te Werve. Dat hoeft niet te verbazen. Beide soorten zijn gek op fosfaten en nitraten. En ja, daarvan zijn er steeds meer in de lucht en op de grond door menselijk handelen. De auto’s, de industrie en de boeren zorgen voor de stikstofverbindingen (nitraten), wij laten rond bankjes en prullenbakken vaak afval liggen. Lekkere hapjes voor beide Utica’s!

Maar… er zitten ook leuke kanten aan de brandnetel. Grote brandnetels zijn door hun lange vezels geschikt om er neteldoek van te maken. Geen grote industrie meer, maar wel een leuk historisch feit. En de brandnetel blijkt in haar bladeren ook veel vitamine C te bevatten. Dus als u een vitamine-C tekort heeft nodigen we u van harte uit een hapje mee te eten….

Natuurlijk heeft u wel eens gehoord van brandnetelthee: een aftreksel van jonge brandnetelbladeren. Er zijn tal van recepten in omloop. Maar… wij zijn geen diëtisten, apothekers of maagspecialisten. Brandnetel bevat meer soorten vitamines en andere stoffen. De één roemt de geneeskrachtige kanten, de ander waarschuwt voor onaangename gevolgen. Van onze kant dus geen adviezen!

De vlinders. Kleine vos, Dagpauwoog, Gehakkelde aurelia, Atalanta, de Bruine snuituil, het Landkaartje, ze zijn gek op de brandnetel. Nou ja, zegt vlinderdeskundige Kars Veling, de rupsjes. Zodra die uit de eitjes komen beginnen ze te knagen (Rupsje Nooitgenoeg, u kent het wel). Die rupsjes hebben geen last van het prikkelende zuur van de brandnetel: ze zijn daarop gebouwd. Dus knagen ze rustig door tot ze verpoppen en het prachtige vlinders worden.

Na zoveel goed nieuws is het dus de vraag hoe wij het in hemelsnaam aandurven om de brandnetel regelmatig met harde hand aan te pakken. Nou, we zijn met vele vrijwilligers maar we krijgen het hier niet voor elkaar om een grote deuk in het pakje boter te slaan. Anders gezegd, er blijven nog zó ontzettend veel brandnetels over dat er voor de rupsjes en de nestjes van kleine vogels meer dan genoeg overblijft. Want niet de brandnetel is het probleem, het is de overstelpende hoeveelheid brandnetels waardoor andere planten overwoekerd worden. Die gunnen we óók een groeiplek!

Bent u nu heel enthousiast geworden over de brandnetel? Overweeg dan om een keer mee te doen met de World Stinging Nettle Eating Championship in Dorset in Engeland: wie eet de meeste brandnetels? Een paar maanden geleden, op 24 juni  2023 vond er weer zo’n wedstrijd plaats. Beeldverslag te vinden op internet!

mvl140923

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten