maandag 19 december 2022

 HONDERD JAAR GELEDEN


“In de tweede helft van het jaar 1922 werd in het kantoor in den Haag de mare vernomen, dat aan de employé’s, werkzaam bij de ‘Koninklijke’ of bij een daarmede verbonden maatschappij, een sportpark en clubhuis geschonken zou worden, zooals het Londensche personeel reeds in ‘Lensbury’ bezat”. 

Aan “bepaalde heeren” zou de opdracht zijn gegeven: “naar een oord uit te zien, waarvan voor ‘elck wat wils’ was te maken”.

Kort daarop liet de directie weten dat zij voor het personeel het landgoed ‘Te Werve’ in Rijswijk had aangekocht. 


En zo kon er worden begonnen met het maken van plannen voor de ontwikkeling van Te Werve als sport- en ontspanningsoord voor het Shell-personeel. Op 4 december 1922 werd de Vereeniging Clubhuis te Werve opgericht en werd er een bestuur gekozen. Met de feitelijke uitvoering van die plannen en de aanleg van de vele sportvelden kon echter pas worden begonnen nadat de familie Labouchere eind december was verhuisd en het terrein had verlaten. Aldus bericht het eerste Jaarverslag - over 1923 - van de Vereeniging Clubhuis te Werve. 

Maar toen ging de schop ook echt in de grond: het ene sportveld na het andere werd aangelegd, een voetbalveld, tennisbanen, basketbalveld, hockeyveld. Maar ook een plek om lunch of diner te gebruiken. Zelfs voor logies werd ruimte ingericht. Trots als een pauw kon het bestuur op 28 juni 1923 Te Werve openen en aan de Shell-directie presenteren. 

Dat er behoefte was aan een dergelijk terrein blijkt wel uit de cijfers over het aantal leden en uitgegeven kaarten in dat eerste jaar: 314 gewone leden, 275 sportleden. Aan echtgenoten werden 307 kaarten verstrekt, aan kinderen 458. Ook verloofden kwamen mee: 85 kaarten. Er werd niet minder dan 690 keer logies met ontbijt verstrekt; 1137 lunches en 1173 diners verdwenen in hongerige magen. 

Het Meer bleek al snel een geweldige attractie, in de zomer om te zwemmen, te varen en te vissen. In de winter om te schaatsen en dat kon al snel want “toen hadden we nog echte winters”. Nou ja, de laatste jaren waren er kwakkelwinters geweest. Maar kijk: 26 december was een Witte Kerstdag en snel daarna kwam de vorst. Dolle pret. Dat er half januari 1924 op de bevroren grond ook nog even een flinke regenbui viel valt natuurlijk buiten het Jaarverslag over 1923. Net als de luide welgekozen kreten die werden geslaakt toen op de terugweg naar huis de brug naar de Van Vredenburchweg voor velen een veel te gladde hindernis was geworden…..      

Mvl011222


Geen opmerkingen:

Een reactie posten